Bijen houden zichzelf
Het enige wat er toe doet is dat bijen de kans krijgen te evolueren naar eigen inzicht, dat ze overleven als soort in samenhang met hun omgeving. Isabelle en Victor hebben afgelopen jaren Blije Bijen begeleid en ontdekt dat honingbijen eigenlijk heel goed voor zich zelf kunnen zorgen. Waarschijnlijk beter... Inmiddels is het zo dat Blije Bijen alleen nog in korven van roggestro wonen. Deze zijn ingesmeerd tegen weersinvloeden met een lokaal leemmengsel. Het kan zijn dat na een jaar of zeven de bijenruimte niet meer past. Dan vertrekken ze en zoeken ze een andere huisvesting. De wasmot komt het raat opruimen, waarna de ruimte leeg en klaar is voor een zwerm. Nieuw leven zal erin trekken, een nieuw volk start een nieuw avontuur.
De natuurlijke ontwikkeling van bijen als deel van een groter geheel is onze leidraad. Omdat het onze en uw leefomgeving is, maar vooral die van volgende generaties, vertellen wij, planten wij en zoeken wij naar wat herstel en evenwicht brengt. Dat waarderen de bijen kennelijk, want ze zijn benaderbaar. Bij ons zul je geen suikerwater tegenkomen, geen koninginnenrooster, geen potjes honing voor de verkoop en ook geen afschrikwekkend maanpak om de bijen te kunnen bekijken. De korven worden niet geopend om te koekoeloeren, we observeren en luisteren, op de vliegplank is veel te zien. Zoals een jonge interactieve bezoeker onlangs constateerde, zijn wij 'bijenfluisteraar'.
We zien stuifmeel naar binnen gaan, dus is de koningin aan de leg. Met het oor tegen de wand horen we bijen rustig rommelen, of zingen in hun zwermstemming. We hoorden de tuters en kwakers - de jonge koninginnen - die hun aanwezigheid aankondigen. Die opwinding in de korf is een groot feest, een hoogtepunt in het bijenjaar.
Honing laten we als wintervoorraad. Afgelopen voorjaar was te koud en nat, een aanslag op de energiehuishouding. De bijen moesten zich warm stoken en het broednest op temperatuur houden, waar veel brandstof voor nodig is, maar er kwam nauwelijks nectar binnen. Als de aanvoer schort, dan spreken ze de honingvoorraad aan. We hopen dat ze de voorraden kunnen bijwerken, want wij voeren niet bij, hoe pijnlijk dat misschien ook zal zijn. De bijen openen en dichten naar eigen inzicht de de achteringang met propolis, de geneeskrachtige hars die de gezondheid van een volk zo ongeëvenaard kan versterken.
Wij genieten van een Hollands weiland met stuivende wilgen en klaver, van een zoet ruikende lindelaan, een boomgaard vol bloesem en dus appels in wording, een heg vol bramen en bloemen, een wegberm met paardenbloemen, papavers, margrieten, korenbloemen, akkerdistels, van een oude boom vol zoemende klimop, of een gevel bedekt met zingende wingerd. Voor bijen is dat alles een bron van voeding.